In het zuiden ligt Albanië en in het oosten ligt Griekenland. Dit weetje zou mij tweemaal bijblijven tijdens de vakantieweek door het Balkan-land. Maar dat was voor later. Eerst was de landing bij Skopje, net voor 12.00 uur, met vliegtuigmaatschappij Austrian Airlines een feit. Onze Engelssprekende gids Nikolay stond ons, een groepje van 24 reizigers, in de grote aankomsthal op te wachten. Tegen ons zou hij ook zijn eigen taal, Macedoniërs kunnen spreken, wat niemand zou kunnen verstaan. We waren immers in Noord-Macedonië. Ik kon mij redelijk goed verstaanbaar maken in het Engels, wat nu wel nodig was.
We waren inmiddels in hartje Skopje gestopt. Het Best Western Hotel waar we de eerste twee nachten zouden slapen lag op slechts 200 meter lopen van waar de touringcar stopte. De eerste instructies van Nikolay hadden we in de touringcar aangehoord. Ik was een beetje moe, ondanks dat ik thuis een aantal uren goed had geslapen. De eerste vlucht was al om 07.00 uur vertrokken naar Wenen, dus was dit wel begrijpelijk. Ondanks dat Skopje genoeg bezienswaardigheden had, zou dat in twee dagen teveel zijn. Gelukkig was dat niet de bedoeling van het reisprogramma. Dat gold ook voor de restaurants die we deze week gingen bezoeken. Er moest een keuze worden gemaakt.
De eerste aanblik was van de bekende brug met vlakbij het paard met daarop de strijdende man. Verderop lagen in een doolhof van oplopende straatjes de winkeltjes en cafeetjes van de stad. In de hete middagzon van 28 graden hadden we ze snel gevonden.
De tweede zonnige dag bezochten we de ondergrondse grot, op ongeveer een half uur varen van de aanlegsteiger. Het stukje net buiten de stad legden we met een andere touringcar af. Om bij terugkomst twee uur te ontspannen bij het restaurant met kleurrijke bloemen en mogelijkheid tot kanoën was niet te veel gevraagd. Mijn eerste echte middagmaal was een prachtig opgediende omelet, met kaas en hamplakjes. Zeer smakelijk! Ook het uitzicht was adembenemend, een glinsterend meer met daarachter oplopende heuvels. Toch moesten we om twee uur terugwandelen, een lichtbruine hond besloot de vijftien minuten mee te wandelen. Misschien hoorde hij hier wel thuis en was meelopen met vreemden zijn lichaamsbeweging. We werden afgezet in hartje Skopje en iedereen bedacht wat hij/zij zou doen tot het avondeten. Ik besloot mee te wandelen naar een terrasje om het eerste kaartspelletje Ski Bop mee te doen. Elk cijfer, van 1 tot 10, moest je in overweging nemen om uit te leggen op een ander cijfer. Zo ontstond er dan een soort van straat die bepaalde wie er zou winnen.
Om niet te lang te blijven hangen in de hoofdstad, laden we alle koffers op dag drie weer in het bagageruim van een andere touringcar. Het tweede hotel lag in de zuidelijke stad van dit land, Ohrid. Ohrid staat bekend om zijn prachtige baai en het hooggelegen Fort Samuel met de bekende landvlag. De twee hotels die SHOESTRING had geboekt waren niet zomaar uitgekozen. In hotel Garden waren de eenpersoonskamers en 200 meter verder, in hotel Millennium, waar ik sliep, de tweepersoonskamers.
Maar eerst stopte de touringcar in het dorpje dat stoer tegen de heuvel lag. Bijna op de top, waar de straat ophield en alleen een wandelpaadje begon, stond een echte Macedonische man ons op te wachten. Hij zou ons leiden over het terrein waar hij, geheel op zijn manier, huizen had gebouwd. Dit was gebeurd met cement uit de omgeving en in verschillende emmers waren mengsels gemaakt om muren en vloeren van te maken. Hij eindigde bij het huis op de top stond dat door een Duits echtpaar voor 70.000 Euro was gekocht.
Aankomende dagen zouden vooral in de touringcar bus en in Ohrid plaatsvinden. Dat vond ik niet erg, ik paste mij altijd makkelijk aan. De restaurants werden door Nikolay goed aanbevolen, de namen zei hij er echter niet bij. De eerste avond was de Irish Pub slechts op 300 meter lopen van mijn hotel. Niet alleen kon je hier goed bier bestellen, ook een smakelijke maaltijd. Het uitproberen waard!
De boot naar het klooster van Sveti Naum was een heel apart ervaring. Het varen over het grote Ohrider meer was adembenemend fris in de wind en zelfs para-vliegers waren op een hoger gelegen berg te bewonderen aan hun gele vliegers. De boottocht was slechts anderhalfuur en was slechts vijf minuten loopafstand van de Albanese grens.
Om bovenop de heuvel te komen waar het groepje Belgen klaarstond was geen moeilijke opgave. Om 09.30 uur reed het bruine busje weg door de straten van Ohrid. De Hiking Tour begon officieel als we ons hadden aangesloten bij de Belgen. We zouden een bergwandeling lopen van ongeveer 4 uur over ruig terrein. Mijn oren klapte twee keer dicht door de enorme hoogte, echter dat hoorde erbij. Dat we ook samen met de Belgen omhoog wandelden was niet direct de bedoeling. Ze hadden wandelstokken meegenomen en liepen dus in een flinke pas omhoog. Na anderhalf uur bereikten we een groot grasland waarbij we het andere groep zouden verlaten. Eerst een stukje terug, net als een locomotief eindigend bij een kopstation, en toen linksaf dalend over ruig rotsterrein. In minder dan een uur zouden we het restaurant bereiken met een apart wc-gebouw erbij. De drie pleisters waren het risico geweest tijdens mijn beklimming op rotsachtig terrein. Het was bij wat schrammetje gebleven.
Een uur later stond de touringcar op de grote parkeerplaats en liepen we de lange winkelstraat in. Na twee kilometer waren we hoger geklommen bij een historische kerk en moskee. Slechts een cafébezoek met een potje ijs was genoeg om te vertoeven in Bitola.
De middaglunch was vreemd genoeg niet in de stad. Nikolay kondigde in de touringcar aan dat over een half uur de tussenstop al was. Het kwam voor mij als een leuke verrassing. Gelukkig ging de rit sneller en was de locatie slechts een kilometer verder van daar waar we uitstapten. De eigenaar van het buitenrestaurant met overnachtingcomplex was blij ons te zien. Natuurlijk hadden ze op ons gerekend en was de verrassing van een groepje kinderen in Macedonische klederdracht een warm welkom. Zelfs gids Nikolay deed ons voor hoe we het beste de stapjes voor het dansen konden zetten. Niet moeilijk, als je het onder de knie had! De man met trompet speelde daarbij een leuk begeleidend marsmuziekje.
De laatste keer dat ik contant moest betalen was op de laatste avond, in het café/restaurant dat we al eerder hadden bezocht. Met uitzicht op het meer en het kleine podium met muziekband was het een gezellige plek. Ik wilde met zoveel mogelijk Dinars betalen voor ik morgen weer terugvloog naar Nederland. De Dinars waren dan geen wettig betaalmiddel meer. Met biertjes en het kleine glaasje groene cocktail, dat naar whisky smaakte, wilde dat zeker lukken. Dankzij het advies van mijn moeder had ik deze week niet hoeven pinnen, alleen het omwisselkantoortje in Skopje en het hotel hier in Ohrid waren voldoende geweest. Gewoon simpel nagedacht, want pinnen betekende in dit land extra transactiekosten betalen.









